De luidklokken in de St. Lambertustoren hadden vroeger een belangrijke functie. Ze dienden op de eerste plaats om de Heilige Missen aan te kondigen. Tijdens epidemieën (soms werden tien personen op één dag begraven) luidden de klokken de hele dag door. Ook bij brand en naderende krijgstroepen klonk het klokkengelui vanuit de St. Lambertus. Een speciaal klokje (het Angelusklokje, of ‘trömpke’ genaamd) moest de inwoners driemaal daags aanzetten tot gebed.
Het gieten van luidklokken was een specialisme. Het waren voornamelijk Franse en Lotharingse vaklui die in onze streken de kerkklokken vervaardigden. Bekend is Martin Maréchal, die in 1660 in Nederweert drie nieuwe klokken goot voor de door brand verwoeste kerk. Alexius Fritsen (stichter van de beroemde klokkenfirma uit Aarle-Rixtel), huwde in 1722 in Nederweert en leverde daar ook diverse klokken. De even bekende klokkengietersfamilie Petit was woonachtig in Nederweert. Nicolas Symon was in 1788 in Nederweert om twee klokken te gieten. Dat gebeurde in de Kerkstraat op de plaats waar het huis van Philomène Bongers staat. De klokken waren zwaar en werden daarom meestal vlak bij de kerk gegoten. Het vervaardigen van de klokklepels werd gerekend tot het traditionele handwerk van de smeden en gebeurde door plaatselijke ambachtslieden zoals leden van de smedenfamilie Caris. Overigens gebeurde met de klepels wel eens ongelukjes. Frans van Hulsen (‘Pieëte Frans’) wist zich nog te herinneren dat in 1924 de totaal versleten klepel van de grote klok naar beneden viel. Het loodzware ijzeren gevaarte baande zich een weg door twee zolders en viel uiteindelijk een gat in de plavuizen van de vloer onder de toren. Men had de klok horen luiden maar men wist zeker dat de klepel er niet meer hing…
In principe waren de bronzen luidklokken onverwoestbaar. Maar behalve door brand sneuvelde er ook wel eens een klok om andere redenen. In 1868 werd de Nederweerter burgemeester Vullers benoemd tot lid van Provinciale Staten. Om de feestvreugde kracht bij te zetten was iemand op het idee gekomen om hard met een hamer op de grootste luidklok te slaan. De klok brak en werd daardoor onbruikbaar. Er werden nog in datzelfde jaar twee nieuwe klokken gegoten maar ook die hadden niet het eeuwige leven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden ze in opdracht van de Duitse bezetter geroofd om als grondstof voor de oorlogsindustrie te dienen. Op vrijdag 4 december 1942 werden de twee klokken door een ploeg van 25 mannen onder leiding van ‘Klokke Peter’ uit de toren gehaald. Nederweert zat zonder klokken. In opdracht van de gemeente (eigenaar van de kerktoren) en vervaardigde smid Fons Bruekers in februari 1943 van een rondgebogen stalen plaat en een scharnierende hamer een nood-luidklok. De cilinder was 1 meter hoog en had een diameter van 70 centimeter. Welluidend was de klok zeker niet te noemen, wel functioneel. In de jaren vijftig van de vorige eeuw werden twee nieuwe bronzen luidklokken geplaatst.
Alfons Bruekers
Kijk HIER voor alle berichten over het Nederweerts Verleden
Website: Nederweerts Verleden | Twitter @SGNederweert | © Nederweerts Verleden
Er zijn nog geen reacties geplaatst