Sinds jaar en dag trachten mensen tijdens de kerstdagen nader tot elkaar te komen. Onder het genot van een overdaad aan kerstbrood, glühwein en andere caloriebommen probeert men altijd tot dat welbekende hemelse humeur te komen dat wordt omschreven als ‘het kerstgevoel’. Maar wat houdt dat kerstgevoel nou precies in?
Met voltallige familie, aanhang en eventuele bevoorrechte huisdieren wordt er tijdens de kerstdagen getafeld. Kalkoenen, kerstbrood en truffelsaus zijn één van de culinaire delicatessen die menig eettafel vullen. Met aanvulling van riante glazen vino, speciaalbier of speculaaslikeur stouwt eenieder zich vol totdat de beoogde zachtroze kleur op de wangen is bereikt. De behaaglijke temperatuur en het gestaag-rijzende promillage laten de persoon in kwestie ten slotte helemaal in hogere sferen achter. Zacht slissend en enigszins wauwelend zakt men dieper onderuit om de op spanning staande knoopjes eindelijk los te maken. Een dikke buik, zachtroze gezicht en dichtvallende ogen zijn vervolgens kenmerken die zich van iedereen meester maken. De kerst is officieel neergedaald in ieders lichaam en zorgt voor een kaarslicht-oase waarin iedereen kreunend en steunend uitbuikt.
Het concrete kerstgevoel is zodoende het best te omschrijven als een overvolle maag die op het punt van barsten nog één kerstkransje te verwerken krijgt. Gelukkig voelt de desbetreffende maageigenaar niet veel van de inwendige bloedingen die het overwerkte orgaan veroorzaakt, want na drie flessen wijn voel je sowieso weinig meer. De collectieve obesitas die tijdens de kerstdagen rondwaart is zodoende het best te omschrijven als het kerstgevoel. Gewoon eten tot je ontploft dus.
Er zijn nog geen reacties geplaatst