Ooit was hij voetballende verlengstuk van god. Voor fans een baken van hoop, voor verdedigers de reden voor slapeloze nachten. Diego ‘Pluisje’ Maradonna was onnavolgbaar aan de bal. De dartelende graskunstenaar haalde iedere wedstrijd het onderste uit de kan. Tegenwoordig haalt hij elke wedstrijd het onderste uit de fles.
Symbolisch voor het Argentijnse kadavervoetbal staat Pluisje luid lallend op de tribune. Met megalomane armgebaren voert hij tribuneshows op waarbij de wedstrijd ondergeschikt lijkt. De man die door zijn voeten een leven lang op handen werd gedragen, lijkt niet te kunnen wennen aan een leven buiten de schijnwerpers. Dan maar zo, moet hij gedacht hebben. Met behulp van alcohol, bodyguards en Zuid-Amerikaans waspoeder probeert ‘El Diez’ nog hot te blijven. Getuige zijn buik, onderkin en clowneske voorkomen faalt hij helaas jammerlijk.
Het is een bekend fenomeen onder voetballers. Tot je vijfendertigste bakken met geld verdienen, daarna van gekkigheid niet weten waar je het aan uit moet geven en ten slotte achterblijven met torenhoge schulden omdat je verslaving je bankrekening overstijgt. Eén troef hebben ze echter nog altijd achter de hand: je beschrijft al je capriolen in een lucratieve biografie. Mensen lezen immers graag over de schaduwkant van al die roem.
De biografie van Diego zal daarom spoedig uitkomen. Anekdotes waarin Scarface-achtige bergen coke de weg naar zijn neusholte vinden, zullen de boventoon voeren. En natuurlijk dat goddelijke voetbal, want dat kon ‘ie wel.
Er zijn nog geen reacties geplaatst