Platform Gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving biedt praatplaat aan

Op woensdag 12 december heeft een afvaardiging van het platform Gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving een praatplaat aangeboden aan wethouder Voss. De praatplaat is een weergave van het proces dat het platform de afgelopen jaren heeft doorlopen. Het is zodanig opgesteld dat het uitnodigt om het gesprek aan te gaan over een gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving.

Stapje dichterbij gekomen
Wethouder Voss geeft aan blij te zijn dat de platformleden zich de afgelopen jaren ingezet hebben in het belang van ons allemaal. “Samen werken, wonen en/of recreëren we in deze mooie gemeente. We zijn er nog niet, maar we zijn wel weer een stapje dichter bij een gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving gekomen.”

Diverse achtergronden
Het platform is de afgelopen 4 jaar 10 keer bij elkaar gekomen om te praten over allerlei onderwerpen die te maken hebben met een gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving. Het mooie van dit platform is dat er door deelnemers met diverse achtergronden (belangengroeperingen, overheden, GGD, burgers en ondernemers) op een prettige manier is samengewerkt.

Aantal onderwerpen
De bijeenkomsten bestonden veelal uit een informatief en een inhoudelijk deel. Zo heeft de bijeenkomst die in het teken van de geurverordening stond er bijvoorbeeld voor gezorgd dat er een brede informatiebijeenkomst georganiseerd is. Een gezonde veehouderij in een gezonde leefomgeving gaat niet alleen over geur en fijnstof. Ook onderwerpen zoals landschappelijke inpassing en diergezondheid kwamen aan de orde.

Kennisverbreding
De kanttekening die wel eens geroepen is, is dat er te weinig concrete afspraken uit het platform gekomen zijn. Daphne Kempkens, die vanuit de gemeente dit platform begeleid heeft, geeft aan dat dit klopt. “Het is de taak van de gemeente om daar waar mogelijk normen vast te stellen. Dit doen we ook graag in dialoog met de betrokkenen. Voor geur is het mogelijk dat een gemeente geurnormen vaststelt en dit is dan ook gedaan. Voor fijnstof ligt dit veel moeilijker, hiervoor gelden door de landelijke overheid vastgestelde normen.” De belangrijkste winst is volgens haar dat er kennisverbreding heeft plaatsgevonden en dat de personen die elkaar normaliter niet opzochten nu samengewerkt hebben.