De nobele duivensport dreigt te verdwijnen. Het lukt de authentieke duivenhouders niet om een volgende generatie warm te laten lopen voor de gevleugelde competitie. De Limburgse Duivensportvereniging De Zwaluw vatte het deze week bondig samen: ‘Wij gaan bijna dood en er is geen vervanging.’
Vroeger, toen simpelweg alles beter was, stond de duivensport in veel dorpen te boek als retespannend en winstgevend. Prijzen zoals een auto, een leven lang gratis vlaai of een splinternieuwe Zuid-Mongoolse houtduif werden verdeeld onder de kandidaten. Makkelijk was het echter niet om de duiven tot gevleugelde atleten op te leiden. Een kooi vol duiven onderhouden staat gelijk aan de arbeid die een ex-ambtenaar kwijt was aan het schrijven van 771 brieven aan de gemeente Nederweert. De rechter verbood deze driftige brievenschrijver overigens afgelopen week om in de toekomst in de pen te klimmen, de kosten voor de gemeente (lees: u) werden geraamd op zo’n zeven ton. Deze driftige bureaucraat moet dus nu op zoek naar een nieuwe hobby. Een verzameling postduiven kan ‘m misschien beko(e)ren.
Terug naar de duivensport: een instituut dreigt dus ten onder te gaan. Zelf zit ik me af te vragen wat het voortbestaan van dit historisch hoofdstuk zou kunnen redden. Een vegetarisch manifest tegen duivensoep opstellen? Vaker stadsduiven aaien? Maastricht Aachen Airport eindelijk sluiten om het luchtruim voor duiven te reserveren? Het lijkt me beter om dit soort vragen aan de gemeente te richten. Overzichtelijk verdeeld over 771 brieven. Dagelijks gebracht door een agressieve postduif met vlijmscherpe snavel.
Er zijn nog geen reacties geplaatst