Verenigingen waren kind aan huis bij Jantje en Mientje Wullems
Samen met lokale verenigingen en instellingen bouwt de gemeente Nederweert aan een duurzame toekomst voor De Pinnenhof. Een nieuwe, gezonde basis voor een bloeiend verenigingsleven. Het gemeenschapshuis, dat in 1968 de deuren opende, bergt een schat aan verhalen en ontmoetingen. De komende maanden brengen we deze tot leven. Vandaag deel 2: Mientje Wullems-Knapen (77) die samen met haar man Jantje bijna 25 jaar De Pinnenhof uitbaatte.
Mientje Wullems-Knapen (77)
Ze waren onafscheidelijk, ‘Jantje en Mientje Wullems’. Klein van stuk, groot van hart. Híj bediende de tap en onderhield de gasten, zíj was de stille kracht op de achtergrond die de koffie verzorgde, de stoelen klaarzette en de boel schoon en netjes hield. Samen zorgden ze ervoor dat het de verenigingen in Nederweert aan niets ontbrak. Een gouden combinatie.
Het is 1976 als hun oog valt op een advertentie in de krant. ‘Nieuwe uitbater gezocht voor De Pinnenhof.’ “Op dat moment werkte Jantje nog als timmerman en exploiteerden we daarnaast samen de Harmoniezaal in Budschop, waar wekelijks films gedraaid werden en één keer per maand werd gedanst. Jan wist het meteen: de Pinnenhof was een kans die hij niet kon laten schieten”, zo memoreert Mientje.
En zo nam het horecapaar 45 jaar geleden zijn intrek in het gemeenschapshuis. “Een kleine bar met een keukentje erachter”, zo herinnert de geboren Nederweertse zich de werkplek uit die tijd.
Kind aan huis
Maar liefst 23 jaar stonden ze klaar voor de lokale gemeenschap. Dienstbaar met een grote glimlach, zeven dagen in de week. “Alleen Pasen, Pinksteren, Hemelvaart en de zomervakantie waren heilig. De rest van het jaar waren we vrijwel dagelijks in De Pinnenhof. De eerste jaren poetsen we in de ochtenden maar dat was geen succes. Omdat mensen wisten dat we er waren, kwamen ze ’s ochtends al op de koffie met het gevolg dat we niks meer gedaan kregen. Daarom hebben we het poetsen naar de late avond verplaatst. Als de bezoekers weg waren, ruimden we alles op en troffen we de voorbereidingen voor de volgende dag.”
Tientallen verenigingen waren bij het echtpaar Wullems kind aan huis. Mientje graaft in haar geheugen. “De bridgeclub, EHBO, tafeltennisvereniging, zanggroep Bel Canto, de seniorenvereniging, het Jeugddansen, de instuif op woensdagmiddag, de Zonnebloem, de vrouwenvereniging, de Boerinnenbond, toneelverenigingen De Krottepoffers en Mengelmoes. En dan vergeet ik er ongetwijfeld nog verschillende. Ook het Trekharmonicafestival staat nog op het netvlies. De sfeer, de gezelligheid, in het hele gebouw klonk de muziek. Toen we hier net begonnen, vergaderde de gemeenteraad nog in De Pinnenhof. Na afloop bleef er altijd een groepje raadsleden hangen, soms wel tot ’s ochtends vroeg.”
Haar ogen twinkelen als ze vertelt over die bewuste toneelavond van De Krottenpoffers. “Baby Naard, de zoon van Jan en Mariet Vaes, lag tijdens de voorstelling boven in de vergaderzaal te slapen. Ik ging elk half uur even bij hem kijken. Na afloop, toen er geproost werd aan de bar , werd zijn Maxi-Cosi beneden op het biljart gezet. Diep in de nacht kwam er een abrupt einde aan het feestje. Daarmee was Naard de eerste baby die door de politie buiten werd gezet”, lacht Mientje die anno 2021 nog midden in het leven staat. De Nederweertse is onder meer actief bij Kindervakantiewerk en het damescomité van de harmonie, helpt mee in de keuken van Centraal (eigendom van Dennis Wullems, Jans petekind) en bedient samen met Jo Kessels de tapkraan tijdens de jaarlijkse feestavond voor Bonte Avondmedewerkers. “Mijn vader zei altijd: van werken is nog nooit iemand doodgegaan.”
Kroon op het werk
Het onbetwiste hoogtepunt beleefden ze in 1998 toen Jantje werd uitgeroepen tot prins van De Pinmaekers. “Ik zie hem nog op het podium staan. Wat wás hij gruuëts. Het was de kroon op zijn jarenlange werk in De Pinnenhof, de mooiste beloning die hij zich maar kon wensen.” Haar ogen worden vochtig als ze praat over de man van wie ze in 2005 afscheid moest nemen. Haar Jantje, met wie ze zoveel mooie herinneringen had gedeeld. “Hij ging elke dag fluitend naar zijn werk en ook weer fluitend naar huis. Samen met al die verenigingen hebben we hier een geweldige tijd gehad. De Pinnenhof was ons leven.”
Tekst: Bas Poell
Foto: Nederweert24
1 Reactie
Det waas un hiêl fijn stel,altiêd gevonge.