Vandaag, zaterdag 2 oktober is het precies zeventig jaar geleden dat in Nederland de eerste officiële televisie-uitzending te zien was. Die bekende mijlpaal uit 1951 laat de publieke omroep niet ongemerkt voorbij gaan. Dat een Nederweertenaar al zestien jaar eerder aan de wieg stond van de eerste amateur-TV-uitzending, is veel minder bekend.
Pionier
Wat velen namelijk niet weten is dat ook de vaderlandse televisiehistorie is gekoppeld aan een Nederweertenaar, Freek Kerkhof (1904-1993). Hij experimenteerde al in de jaren ’20 met de Nipkowschijf. Op school leverde dat deze pionier een reprimande op: ‘Dat geëxperimenteer met beelden is maar tijd verknoeien’. In 1935 bouwde hij desondanks de eerste Nederlandse TV, met een scherm van amper 7 bij 4 cm grootte. Vanuit zijn woning (toen nog Eindhoven) verzorgden hij en zijn echtgenote met ingang van 1936 elke zondagochtend uitzendingen die tot in Groningen en Friesland bekeken konden worden. Kerkhof is ook de zelfverklaarde bedenker van het Nederlandse woord ‘televisie’, in plaats van het toen nog gebruikelijke ‘verziener’. Bij de herdenking van 50 jaar televisie in Nederland in 1986 werd de inmiddels gepensioneerde Nederweertenaar zélf ook even een TV-ster. Het is overigens opmerkelijk dat we in 2021 het 70-jarig bestaan vieren; we zijn blijkbaar stilzwijgend op een andere telling overgestapt.
Sneeuwzenders
De eerste commerciële TV’s verschenen in Nederweert pas tussen 1956 en 1958. Het beeld was zwart/wit en meestentijds was de zendtijd gevuld met eeuwigdurende testbeelden, een zwarte voorttikkende klok of een foto van een mooie dame die door het gaas van een tennisracket keek.
Sjra Kessels in de Kerkstraat van Nederweert was de electro-expert van de firma Kessels. Hij was in zijn tijd de eerste die de nieuwste technische snufjes in huis haalde. De eerste zwart/wit-televisie, later ook de eerste kleurentelevisie en daarna de eerste videorecorder. De toestellen waren groot, zwaar en een sta in de weg. Maar het kijken zélf was nog heel overzichtelijk: twee Nederlandse zenders en met wat geluk enkele ‘sneeuwzenders’ uit België en Duitsland.
Dokter
Plaatselijke ondernemers als Piet Merkus en Cor Dings waren de eerste leveranciers. Zij hadden TV’s in hun etalages staan, het summum van marketing in die tijd. Op woensdagmiddag verdrongen drommen kinderen zich voor de winkelruit om het wonder van beeld en geluid te aanschouwen. Maar dat wonder faalde nogal eens want de bovengrondse electraleidingen die Nederweert toen nog had, deden menige TV tijdens een onweersbui exploderen. Harry Triepels ontpopte zich als een ware TV-dokter. Hij kwam op visite en onder het uitspreken van ‘Heej es de dokter, wao es de zeeke? Ich zal ’s kieëke of dette boekpieën heet’ verwisselde hij een of andere defecte versterkerbuis en daarna was ook het huiselijk TV-geluk weer hersteld. Ouderen herinneren zich nog als de dag van gisteren de indrukwekkende uitzendingen zoals de begrafenis van Wilhelmina (1962) en de moord op president J.F. Kennedy (1963). Artiesten als Conny Froboess, Rex Gildo en kinderseries als Pipo de Clown. En wie herinnert zich nog Bonanza en eindeloos voortkabbelende soaps als Peyton Place en Coronation Street?
Televisieproblemen
Het nabuurschap was groot in die dagen. Wie nog geen TV had, ging bij de buren kijken. De wonderlijke komst van bewegend beeld in de woonkamer leidde tot hilarische situaties. Zoals de vrouw die bits tegen haar zus zei: ‘Doot dich ‘ne schölk (schort) veur, want di-j zeen dich heej zitte’. De opkomst van de televisie werd door de plaatselijke geestelijkheid als een grote bedreiging gezien. Al in 1961 richtte pastoor Kessels van Nederweert zich verontrust tot de parochianen van de St. Lambertusparochie. Hij schreef een artikel onder de veelzeggende titel ‘Televisieproblemen’ en voorzag tal van gevaren voor de jeugd. ‘Er moet verder op gelet worden dat het kind geen dingen ziet waardoor het teveel wordt aangegrepen’, aldus Kessels. Voor kinderen beneden de vijf jaar was TV kijken volgens de pastoor volledig taboe, want ‘dat schaadt de vrije fantasie, een der grootste schatten van het kind’. En voor de volwassenen waren uiteraard alleen de degelijke programma’s van de streng-katholieke KRO geschikt. Het mocht allemaal niet baten. Letterlijk álle huiskamers werden vanaf de zestiger jaren gevuld met beeld en geluid. En op de daken van de huizen verscheen een oerwoud van televisie-antennes. Die zijn inmiddels ook al lang uit het zicht verdwenen. Net als de goedbedoelde maatschappelijke waarschuwingen van pastoor Kessels.
Alfons Bruekers
Stichting Geschiedschrijving Nederweert
3 Reacties
De geschiedenis van de TV.
Wat een proffessionals die de ontwikkeling van de tv hebben bedacht.
Toen nog alles op de oude traditie ging.
Freek Kerkhof met zijn sigaar,hij had het altijd over een kijkkast.
Ik heb hem nog gekend. De goeie ouwe tijd Wat een kanjers.
Heden ten dagen is de ontwikkeling dat je er op kunt internetten.
En de volgende otwikkeling is (al begint het er al op te lijken
de science fiction.
Sorry (ik bedoel de ontwikkeling)
Freek we missen je.
De benoemde televisie modellen staan bij Dings nog steeds in de etalage