Heemkundevereniging Nederweert houdt op 21 maart in zaal Centraal aan de Kerkstraat in Nederweert een lezing over de landmijnen in en rondom de Peel na de Tweede Wereldoorlog. De lezing begint om 20.00 uur en iedereen is van harte welkom. De entree is gratis.
Heemkunde Nederweert
De presentatie “Landmijnen in en rond De Groote Peel” gaat over een intens menselijk drama binnen het drama van een oorlog. Tussen Groesbeek en Venlo en van de Maas tot Nederweert is langdurig gevochten van september tot in december 1944. Echter de oorlog in de gebieden met landmijnen ging daarna gewoon door tot ver na de bevrijding.
Het gebied, met in het midden De Groote Peel, dat met zijn dorpen binnen het kanalenkwadrant van de Zuid Willemsvaart, Helenavaart en de Noorder Vaart is gelegen, heeft ook zijn eigen geschiedenis. In dit gebied is tussen september en december 1944 voortdurend strijd is gevoerd waarbij Engelsen, Schotten, Duitsers en Amerikanen afwisselend het gebied veroverden en heroverden. Naast een strijd met artillerie, tanks en ander oorlogsmaterieel is hier veelvuldig gebruik gemaakt van landmijnen. Dit laatste heeft ook een onuitwisbare indruk op de lokale burgergemeenschap gemaakt.
Deze presentatie richt zich op het gebruik van landmijnen in het algemeen, met in het bijzonder de grillige inzet van dit wapen in en bij dorpen rond De Groote Peel. De presentatie gaat ook in op de gebruikte typen landmijnen en hun technieken, zowel als het humanitaire effect dat pas in de laatste decennia, na 75 jaar bevrijding, echt gezien is. Pas ver na de 2e WO is er onder de vlag van de Verenigde Naties erkenning gekomen voor het humanitair leed door landmijnen in de vorm van een wereldwijd protocol dat het gebruik van die vorm van oorlog voeren verbiedt.
Jan Wijdemans verzorgt de presentatie. Hij is zelf als explosieven opruimer binnen Defensie actief geweest in Nederland en bij vredesoperaties. Ook was hij technisch adviseur op zijn vakgebied in Geneve voor de Nederlandse diplomatieke post bij de Verenigde Naties aldaar.
1 Reactie
Wat jammer dat het gedoe met het gemeentebestuur er toe heeft geleid dat de heenkunde vereniging nu totaal zonder bestuur zit. Misschien is het een idee dat de gemeente net als bij de crisis met de Pinnenhof destijds, nu zelf het bestuur van de heemkunde gaat overnemen. Want vrijwilligers worden steeds moeilijker te vinden op deze manier.