En weer zijn ze daar, de Olympische Spelen. Het sport- en mediaspektakel dat zich om de vier jaar weer op de buis voorbij placht te laten vinden. En ik, als sportliefhebber toch, word er elke keer zenuwachtig van. Bij mij is het zo dat alle Nederlandse deelnemers gewoon moeten winnen. En als dat niet lukt, komt mijn slechte verliesmentaliteit naar boven. En zet ik direct de tv uit. U herkent het vast wel. Als het niet gaat zoals het eigenlijk moet gaan, zit er bij u een kans in dat u lekker wat anders gaat doen.
Vervlogen dromen
Ik hou echter zeer van sport. Om te zien vind ik eigenlijk alles mooi, zolang ik me zelf maar niet veel te moe hoef te maken. Voetbal, wielrennen, hardlopen, schaatsen, beugelen, handboogschieten … het zijn enkele van de sporten die ik zeer prefereer. Ook het niet-Olympische Formule 1-circus valt zeer aan te prijzen. Dat het nu even wat minder gaat bij ene Max Verstappen hoort bij het leven. Vorm is net een vogel die overvliegt. Soms blijft de vogel wat langer hangen, daarna vertrekt hij weer.
Pech hebben hoort er echter ook bij. Een te langzame auto, een leeglopende band, een onverwachte blessure … het leven van een sporter gaat niet over rozen. Alles ervoor over hebben voor die ene eer en af en toe keihard op je neus vallen, dat hoort erbij. Ik begrijp alleen niet waarom mensen zich juist hierin willen onderscheiden. De oplossing gewoon simpel: met lui zweet vang je geen koeien. Daar moet je toch echt wat voor doen. In de gemeente Nederweert zijn er gelukkig genoeg sportievelingen die iets over zichzelf willen vertellen, zie daarvoor In the sportlight.
Natuurlijk had ik die dromen ook, om er een keer bij de Paralympics bij te zijn. In 1996 schreef ik de Nebas (Nederlands bond voor aangepast sporten) een brief met de vraag of en hoe ik als slechtziende handboogschutter mijzelf zou kunnen voorbereiden op de Paralympics. Kreeg ik luttele maanden later als antwoord terug dat mensen met een visuele beperking hier niet geschikt voor zijn. Lulkoek natuurlijk. Nu mogen immers zelf blinden mee schieten. En die raken een appel op een hoofd van 100 meter afstand. Wilt u dan als proefkonijn dienen?
Ik zat 21 jaar op tafeltennis. We tennisten dan altijd met een balletje dat wat groter is. Twee keer ben ik Nederlands Kampioen dubbel klasse 6 geworden, een keertje zilver in die discipline en een keer brons in het enkelspel. Had je dan ook daarmee een gooi kunnen doen naar een Paralympisch ticket? Ongeacht de wil, het moeten kunnen presteren is toch iets van een heel ander gading. Daar komt immers ook een hoop geluk en communicatie bij kijken. En met mijn zware slechthorendheid had een poging om er bij de Deaflympics ook gekund.
Ja, wat dan? Bij hardlopen ben ik eerder de schildpad die het tegen de haas opneemt. Vooral slum kieke, zoee hetj det. Ik dagdroomde weleens dat ik bij de 4 x 400 meter als eerste de bocht van de overwinning in zou gaan. Maar daarvoor ben ik nu, zoals een schildpad, te traag en berekenend ingesteld. En al die verschillende klassen waarin je kunt belanden bij dit soort evenementen, die zorgen er vanzelf voor dat alles trager gaat.
Is er dan toch een sport waarin ik echt goed ben? Jazeker, Nordic Walking! In 2008 deden een sportieve vriendin en ik mee met een heus Nederlands Kampioenschap Nordic Walking, ergens in West-Brabant. Er klopte geen ene retemoer van. Zoveel slijk bij de start, mensen die zaten te rennen met hun stokjes terwijl dat niet mag en ze niet werden gecorrigeerd. Wat een dooddoener. Men had het dan maar eenmalig georganiseerd.
Vervlogen dromen zijn het. Maar ze zijn er nog steeds. Gelukkig maar.
Werner Bloemers, augustus 2024
2 Reacties
Hoi Werner.
Zoals jij zegt is het grote lulkoek.
Als iemand die blind is mee
kan doen,kun jij dat ook. Denk aan een
heldere voelendheid. Als jij droomt
dat jij een keer wild deelnemen aan de
paralympics dan lukt jouw dat.
Of denk maar aan dat desjavu.
altijd leuk om te lezen. JIJ BENT EEN TOFFE GOZER DIE TOCH VEEL ONDERNEEMT. Petje af